Inleiding
“'Zgomot' is wanneer er veel mensen tegelijk spreken op een plek; de één zegt dit, de ander dat… In plaats daarvan moeten we stil zijn en luisteren naar diegene die spreekt” - mamaie [informeel voor oma].
Het Roemeense woord voor ruis, maar ook voor geluid en lawaai, 'zgomot,' resoneert met de relatie tot mijn oma, mijn moeder en de plek waar ze(/we) vandaan komen. Als ik mijn oma aan telefoon spreek, ben ik even bij haar door het horen van haar stem, de taal waarin we spreken en de verhalen die ze vertelt, maar tegelijkertijd hoor ik 'zgomot' in de woorden die ik niet begrijp, de context waarin ze woont en ik niet opgegroeid, en de afstand in leeftijd. Volgens mijn oma moeten we luisteren naar diegene die spreekt en dat is anders dan horen. Luisteren, zoals Alexis Paule Gumbs beschrijft, vraagt om tot rust te komen en je af te stemmen op je omgeving, waardoor verandering en revolutie tot stand kan komen (Şahin et al., 2024). In een tijd waarin we soms meer langs dan met elkaar lijken te leven en waarin ik word beladen met beelden en zonder koptelefoon niet naar buiten ga, wil ik bij mezelf en anderen een bewustwording creëren over de alledaagse context waarin we leven en haar verhalen. Als kunsteducator vind ik het dan ook belangrijk om op een toegankelijke manier kennis te maken met de verhalen van je omgeving, maar je ertoe te verhouden door dichter bij jezelf te komen. Ik wil een omgeving creëren, waarin we door middel van onze zintuigen, ons betrokken kunnen voelen tot onze omgeving. Deze waar te nemen zonder alleen maar gericht te zijn op het visuele aspect door te vertragen en te luisteren naar je directe omgeving, gedachtes, en verschillende stemmen om die vervolgens elkaar te laten ontmoeten via
De radio
is een politiek, maar ook poëtisch medium die de tijdelijkheid van geluid, mondelinge verhalen en herinneringen behoudt, maar tegelijkertijd ook een manier van archivering en uitwisseling biedt. Afhankelijk door wie en op welk moment radio beluisterd wordt, worden sommige stemmen wel/niet gehoord. Volgens Miriam Rasch is een goede luisteraar zich (allereerst) bewust van haar eigen identiteit, die van de spreker en hoe die twee zich tot elkaar verhouden (Rasch,2024). Ik besloot daar maar mee te beginnen door me in mijn onderzoek dichtbij huis te positioneren. Daarmee bedoel ik niet alleen mijn fysieke thuis maar ook mijn voorouder. Wat begon bij mijn moeder en oma, heeft zich voortgezet in, voor mij, onbekende omgevingen. Samen met en door anderen, heb ik mogen afstemmen op verschillende stemmen en plekken.
Door middel van experimenten met geluidsopnames en interviews wordt in dit onderzoek het auditieve zintuig centraal gesteld en afhankelijk van waar we ons op het radio spectrum positioneren, horen we bepaalde frequenties ofwel stemmen wel of niet. Mijn doelgroep is iedereen die wil luisteren, maar in het bijzonder (jong)volwassenen (in de grote stad) die het misschien verleerd zijn. Mensen die soms het gevoel kunnen hebben dat ze zich tussen werelden, culturen of momenten begeven. Mensen die zich ergens niet thuis voelen of juist wel en willen onderzoeken waarom, door middel van geluid. Mensen die willen leren over zichzelf, hun directe naasten of juist onbekenden in hun omgeving. Mensen die het relevant vinden naar alternatieve radio te luisteren om verhalen en geluiden te horen die anders misschien niet gedeeld zouden worden. Ik nodig je uit naar de dagelijkse omgeving en haar verhalen te luisteren, je te verwonderen, en kritisch te reflecteren op de hiërarchie in wie spreekt en wie luistert. Zo kunnen we ons verdiepen in verschillende perspectieven die alleen in relatie tot elkaar kunnen bestaan.
𝇇
→